Spanje

Santa Pola: natuur, cultuur en feest

Net als de meeste andere kustplaatsen in de provincie Alicante is Santa Pola vooral bekend als vakantiebestemming voor zonzoekers. De prachtige zandstranden, het stabiele klimaat en de gunstige ligging ten opzichte van het vliegveld ma­ken van Santa een populaire badplaats. Santa Pola biedt echter veel meer. De gemeente or­ganiseert grote sportieve evenementen die duizenden deelnemers trekken, heeft een beschermd natuurgebied waar vele bijzondere vogels leven, een rijke geschiedenis, uitbundige fees­ten en sinds kort is ook het gemeentelijk aquarium weer geopend voor bezoek.De Moren- en christenenfeesten van Santa Pola vinden zoals elk jaar plaats in de eerste week van september. Het is een moment dat het grootste deel van de zomertoeristen weer naar huis is maar er nog altijd een ge­zellige drukte heerst. Het is dus een goed moment Santa Pola met een bezoek te vereren, te meer omdat het gemeentelijk aquarium, dat jaren gesloten was, sinds een paar weken weer open is voor publiek.

In de eerste plaats kiezen de toeristen San­ta Pola vaak vanwege de fantastische stranden. Brede stranden zoals de Playa Li­sa, de Playa Levante, de Gran Playa of de Playa Varadero hebben honderden meters fijn zand en diverse voorzieningen, zoals talloze terrasjes en fijne restaurants. Kleinere stranden zoals de Playa de la Ermita en de baai­tjes aan de voet van de vuurtoren trekken rustzoekers, hondenbezitters en mensen met campers.Een tweede attractie van Santa Pola is de nabijheid van het eiland Tabarca. Via een korte boottocht vanuit de haven van Santa Pola kan men dit enige bewoonde eiland van de provincie Alicante bezoeken.Een derde factor is de rijke geschiedenis. Santa Pola heeft twee be­lang­rijke archeologische vindplaatsen: Portus Illicitanus en Domus Ro­manus. Door de gunstige ligging aan zee vestigden zich op deze plek in de vierde eeuw voor Christus al mensen. De Iberiërs bouwden een ommuurde nederzetting aan de monding van het riviertje Vinalopó en stichtten een haven, van waaruit ze handel dreven met Griekse kooplieden. De Ro­meinen die in het nabije Elche de plaats Illici bezetten, breidden deze haven in de tweede eeuw na Christus uit en noemden haar Por­tus Illicitanus, ofwel de haven van Elche. Het werd, samen met Cartagena, de belangrijkste haven aan de zuidoostkust van de Romein­se provincie Iberia.In de Romeinse tijd kwam er in de nederzetting een pekelfabriek voor vis, en ook een markt, een begraafplaats, enkele villa’s en opslagplaatsen. Na de ineenstorting van het Ro­meinse rijk verloor de haven zijn belang en er is maar weinig bekend over het wel en wee van Santa Pola tussen de 7e en 13e eeuw. Daarna werd de haven echter weer belangrijker. De plaats moest beschermd wor­den tegen de aanvallen van piraten uit zee en daarom verrezen in de eeuwen die volgden diverse uitkijktorens en een kasteel. Hoewel de piraten afkomstig waren uit Afrika kozen ze vaak het nabije eiland Tabarca als tussenstation om vanaf daar de aanvallen op de kust te organiseren.Het kasteel werd in de 16e eeuw bevolkt met een permanente groep soldaten met hun families en toen men erin slaagde de piraten definitief van het eiland Tabarca te verdrijven en ook daar een verdedigingstoren te plaatsen, begon Santa Pola verder te groeien. Het pijnbomenbos langs de kust werd gekapt en er kwam ruimte voor meer huizen. Aan het einde van de 18e eeuw woonden er 870 mensen.In de eerste helft van de 19e eeuw werd Santa Pola erkend als onafhankelijke ge­meente, waar het tot dan bij Elche had ge­hoord. De visvangst zorgde voor handel en voorspoed en al vanaf de tweede helft van de 19e eeuw kwamen welgestelde mensen uit El­che naar de kust van Santa Pola om te baden aan zee. Halverwege de 20e eeuw werd de haven verder uitgebreid en vanaf 1970 begon de toeristische ‘boom’. Er verrezen hele nieuwe wijken vol appartementen en chalets en nu heeft Santa Pola meer dan dertigduizend inwoners.Deze rijke geschiedenis heeft zijn sporen nagelaten. Som­mige zijn gemakkelijk te vinden, zoals het Castillo-Fortaleza in het mid­den van het centrum. Het vierkante gebouw valt op omdat het niet, zoals de meeste kastelen, op een heuveltop ligt maar gewoon tussen de winkelstraten. Er is een kapel voor de Virgen de Loreto gevestigd en het interessante Museo del Mar, dat zowel archeologisch als etnografisch museum is. Er is een zaal gewijd aan de Puerto Illicitanus en aan de Domus Romanus in het Palmeral. Ook het twee stratenblokken verderop gelegen Aquarium hoort bij het Museo del Mar. Het was drie jaar gesloten maar werd onlangs weer geopend. Het is niet groot maar vooral kin­deren vinden het erg leuk om te zien wel­ke vissen er voor de kust van Santa Pola in de zee leven. Sinds de heropening wordt het aquarium dan ook goed bezocht.De Domus Romanus in het Palmeral is ook een bezoekje waard. Tussen de palmen zijn de muren en mooi bewaard gebleven mozaïekvloeren te zien van wat ooit een grote Romeinse villa uit de 4e eeuw was. De villa had zeven vertrekken en moet hebben toebehoord aan een rijke familie. Iets buiten het park zijn nog resten van een opslagplaats en de pe­kelfabriek te vinden maar van de plannen om die bezichtigbaar te maken voor het publiek, is nog niet veel terecht gekomen.En dan zijn er nog de twee 16e-eeuwse verdedigingstorens, die Santa Pola beschermden tegen de piraten. De Torre del Tamarit staat in de zoutmeren ten zuiden van de stad en de Torre Escaletes staat ten noorden van de stad in Santa Pola del Este. Vanaf de heuvel waarop deze toren staat, heeft men een prachtig uitzicht op het eiland Tabarca.Ook natuurliefhebbers komen aan hun trekken in Santa Pola. In het natuurpark rondom de zoutmeren zijn twee wandelroutes uitgezet, met observatiehutten voor vogelaars. Ook is er een mooie wandeling naar de vuurtoren door de Sierra de Santa Pola. Sport­liefhebbers komen in januari aan hun trekken bij de grootste halve marathon van de provincie en in juli bij de zwemtocht Tabarca-Santa Pola, twee goed georganiseerde evenementen. En feestliefhebbers zijn komende week welkom als de spectaculaire Moren- en christenenfeesten worden gevierd (zie Kalender).Praktische informatieSanta Pola ligt 20 km ten zuiden van Alicante en is te bereiken via de kustweg N-332. Het is gemakkelijk om te parkeren in de parkeergarage onder het Cas­tillo-For­ta­leza.Openingstijden Museo del Mar: di-za 10.00-13.00 en 18.00-21.00, zo 11.00-13.30 uur. Aquarium, Plaza de Fernan­dez Ordoñez: zelfde openingstijden. De entree van beide is tot het einde van het jaar gratis.Bezoekerscentrum Salinas de Santa ...
+
Medisch

De mooiste baaien en stranden van de Vega Baja

De provincie Alicante wordt in de zomer vooral bezocht door toeristen die op zoek zijn naar zon en zee. Alicante is dan ook de Spaanse provincie waar de mees­te blauwe vlaggen wapperen. Deze vlaggen zijn een internationale kwaliteitserkenning: de stranden zijn schoon, veilig en er zijn voorzieningen. De ge­meente waar de meeste stranden met blauwe vlaggen zijn, is Orihuela, in het uiterste zuiden van de provincie Ali­cante. Orihu­ela telt maar liefst elf stranden met blauwe vlaggen en de aangrenzende gemeenten Torrevieja en Pilar de la Horadada respectievelijk zes en vier. Hoog tijd dus om eens een kijkje te gaan nemen op de mooiste van deze baaien en stranden.Het zuiden van de provincie Alicante heeft een totaal ander landschap dan de noordelijke helft. Het is er veel vlakker en de kust is er minder rotsachtig. U vindt hier geen hoge kliffen zoals in Jávea of Benitachell maar wel kleine baaien en uitgestrekte stranden met fijn zand. Bovendien is er minder hoge bebouwing dan in bijvoorbeeld Beni­dorm of Calp en hoeft u niet heel ver te rijden om rustige stukjes strand te vinden. Waar heel Beni­dorm met haar honderdduizenden be­zoekers het moet doen met twee grote en één klein strand, hebben de bezoekers en bewoners van Torrevieja, Orihuela en Pilar de la Horadada de beschikking over meer dan twintig stranden in totaal.

Hoewel smaken verschillen en iedereen an­dere wensen heeft - zand of kiezel, druk of rustig -, beschrijf ik hier een paar baaien en stranden die zich onderscheiden en die een tochtje naar dit deel van de Costa Blanca de moeite waard maken.TorreviejaPlaya de la MataDe Playa de la Mata is het langste strand van dit deel van de provincie. Het meet meer dan twee kilometer en is opgedeeld in delen, die met elkaar in verbinding staan. Het is een ideaal strand voor de hele familie, met drukkere en rustiger stukken en zelfs een stuk met duinen. Buiten het hoogseizoen is het nooit moeilijk er in de buurt te parkeren en het strand biedt alle mogelijke voorzieningen.Playa de los NáufragosDichtbij de haven van Torrevieja ligt de drukke Playa de los Náufrágos, waar het water meestal rustig is omdat de pier van de haven dit stukje kust beschermt. Het centrum van Torrevieja heeft ook in de Playa de los Locos en de Playa del Cura twee drukke maar mooie zandstranden die midden in de stad liggen. In het hoogseizoen liggen de mensen hier hutje-mutje maar dat wordt in september snel minder.Cala Ferris en Cala PiterasEen stukje onder het centrum van Tor­revieja ligt de rustige Cala Ferris. Hier zijn er geen voorzieningen maar wel duinen, palmen en rust, dus het is in Torrevieja echt voor elk wat wils. Snorkelaars zijn aan het goede adres in de Cala Piteras, een kleine baai aan de zuidkant van de gemeente Torrevieja met zeer helder water en veel posidonia-planten, die allerlei organismen aantrekken. Het is een kleine baai met zandstrand die alleen in het hoogseizoen veel mensen trekt.OrihuelaPlaya La MoscaDe Playa La Mosca in de gemeente Ori­huela was de laatste jaren veel in het nieuws. Het gaat om één van de weinige stukjes kust die niet bebouwd is. Bouw­plannen waren er overigens wel degelijk maar tot op heden hebben protesterende omwonenden en strengere wetten over kustbebouwing kunnen voorkomen dat er langs de noordkant van deze baai appartementencomplexen verrijzen.De Cala La Mosca ligt tussen Punta Prima en Playa Flamenco, twee drukke toeristische gebieden. Het is een ruw stukje kust met diverse kleine strandjes, waarvan er eentje naturistenstrand is en eentje sinds kort hondenstrand. Maar het zuidelijkste strand is een ‘gewoon’ zandstrand met een parkeerterrein, bewaking en voorzieningen. Het is een beschutte baai die ook kan dienen als uitgangspunt voor een wandeling door het onbebouwde gebied.Cala CapitánWat zuidelijker en meer omgeven door (lage) be­bouwing is de Cala Capitán, een mooie, kleine baai van fijn zand die bijna even breed is als ze lang is. Deze baai ligt aan de noordkant van het uitsteeksel dat Cabo Roig wordt genoemd. Ze is erg populair bij mensen die van snorkelen en duiken houden. Er ligt een rotsachtig eilandje vlak voor de kust en rondom dit eilandje houden zich veel kleine vissen en andere zeediertjes op. Het water is er kraakhelder en het is er minder druk dan op de nabije en grotere Playa la Zenia, die ook wel Playa Cala Bosque wordt genoemd.Cala La GleaDe Cale Glea is een iets verder zuidelijk gelegen grote baai die onderverdeeld is in twee stranden. De Playa Aguamarina is klein en vrij rustig. Het is een strand met licht en fijn zand en er zijn hier veel interessante fossielen gevonden. Het strand heeft alle mogelijke voorzieningen maar trekt minder strandgangers dan de grotere Playa de la Glea, die er iets onder ligt. Aan dit strand zijn kinderspelen en sportfaciliteiten zodat het meer een strand is voor het hele gezin, terwijl de Playa Aguamarina meer voor de rustzoekers is.Mil PalmerasHet grootste en bekendste strand van Orihuela Costa is Mil Palmeras. Het ligt vlak bij de gemeentegrens met Pilar de la Horadada. Het strand is bijna 700 meter lang en is natuurlijk voorzien van kinderspelen, mogelijkheden voor watersporten, strandtentjes, enzovoort. Het heeft een speciale toegang voor mensen die gehandicapt of slecht ter been zijn en heeft nabije parkeermogelijkheden en een bushalte. Maar er is veel bebouwing omheen en het mist de intimiteit van de kleinere baaien.Pilar de la HoradadaPlaya del Conde en Playa HiguericasAan de voet van de zestiende-eeuwse wachttoren die aan het strand van Pilar de la Horadada staat, ligt de kleine Playa del Conde. Bezoekers van dit kleine zandstrand zoeken de schaduw die deze toren biedt en hebben ondertussen het voordeel dat restaurantjes, winkels en de jachthaven dichtbij zijn. Ook kijken ze uit over la Manga del Mar Menor. Een veel groter zandstrand ligt net boven de grens ...